Ruim 1400 jaar geleden gaf de Profeet Mohammed ﷺ ons op de negende dag van de maand Dhoel Hidja in het tiende jaar van de Hijdra (631 n.C.) wat later zijn afscheidspreek bleek te zijn. Hierin benadrukte hij nog eens de universele menselijke waarden: de heiligheid van leven en eigendom, gelijkheid, rechtvaardigheid en vrede.
Het zijn precies deze belangrijke universele waarden waarop ons islamitisch geloof is gebaseerd. Het bijzondere aan de afscheidspreek is dat de Profeet vaststelt dat de periode van onwetendheid afgelopen is. En dat daarmee ook een eind is gekomen aan de oude rivaliteiten en conflicten. Alle moslims kunnen vanaf nu verbonden zijn door geloof, broederschap en liefde.
9 Dhoel Hidja 1439 / 20 augustus 2018 – Terwijl je deze regels aan het lezen bent, bevinden er zich ruim twee miljoen moslims op de berg Arafat. Een ritueel dat het hoogtepunt is van de Hadj, de jaarlijkse bedevaart naar Mekka. Moslims gebruiken deze gelegenheid om na te denken over de laatste preek van de Profeet ﷺ en de boodschap die hij ons gaf aan het eind van zijn eigen bedevaart naar Mekka, vlak voor zijn dood.
De afscheidspreek wordt beschouwd als het testament van de Profeet ﷺ voor zijn metgezellen en een permanente universele boodschap voor zijn gemeenschap.
De belangrijkste lessen uit de afscheidspreek
De Profeet Mohammed ﷺ richtte zich in wat zijn laatste levensjaar bleek te zijn tot 144.000 bedevaartgangers op de berg Arafat – ook de Berg van Genade (Jabal ar-Rahma) genoemd – in de Oerana vallei.
Zijn belangrijkste lessen voor ons zijn:
- Het leven en het bezit van elke moslim zijn heilig
- Doe niemand kwaad zodat niemand jou kwaad doet
- Neem de verantwoordelijkheid voor je daden want Allah zal jou ter verantwoording roepen
- Handelen met (woeker)rente is verboden
- Pas op dat je de duivel niet gehoorzaamd in de kleine zonden
- Mannen hebben rechten ten opzichte van vrouwen en vrouwen hebben rechten ten opzichte van mannen
- Aan de mannen: Behandel jullie vrouwen goed; ze zijn jullie partners en trouwe supporters
- Aan de vrouwen: wees bescheiden en waak over jullie kuisheid
- Aanbid Allah door de gebeden te verrichten, te vasten in de maand Ramadan, zakaat te betalen en op Hadj te gaan
- Jullie zijn als moslims elkaars broeders en zusters
- Superioriteit is er alleen in vroomheid en het verrichten van goede daden, niet in ras of kleur
- Hierna zal geen nieuwe Profeet noch een nieuwe religie meer komen
- Volg de Koran en soenna en je zult nooit dwalen
- Het is nu jullie taak om de boodschap over te brengen aan de rest van de mensheid
Een oproep van 1400 jaar geleden
Het einde van het profeetschap was nabij. De Boodschapper van Allah stierf in de maand juni in 632 n.C.. Vrede en zegeningen zijn met de profeet Mohammed en al de profeten die hem zijn voorgegaan.
We hebben nog steeds zoveel te leren van deze meer dan 1400 jaar oude oproep. We hebben zijn boodschap meer dan ooit nodig in deze verwarrende tijd, waarin we constant worstelen met problemen in de oemma (gemeenschap) en onze plek in de wereld.
Hoe zou het zijn als wij terugkeren naar de kern van het geloof? Dat we zouden streven naar het bereiken van een samenleving gebaseerd op deugden? En dat we ernaar streven om van de wereld een plek maken waar niemand elkaar lastigvalt, benijdt of lijdt door onderdrukking, discriminatie of welke vorm van onrecht dan ook?
Wat heeft de Profeet ﷺ ons allemaal meegegeven in zijn afscheidspreek? Hieronder volgt een vertaling in het Nederlands:
De afscheidstoespraak
Na het verheerlijken en bedanken van Allah de Verhevene zei hij:
“O mensen! Luister naar mijn woorden, omdat ik niet weet of ik jullie na dit jaar nog onder jullie zal zijn.”
“O mensen! Wat voor een dag is het vandaag?”
Zij antwoordden: “Een heilige dag.”
Hij vroeg: “Wat voor een plek is dit?”
Zij antwoordden: “Een heilige plek.”
Hij vroeg: “Wat voor een maand is dit?”
Zij zeiden: “Een heilige maand.”
〉〉 Bezittingen en levens zijn heilig
“O mensen! Net als deze dag, maand en plek heilig zijn, zijn de levens en bezittingen van iedere moslim heilig goed voor jullie. Geef de goederen die jullie zijn toevertrouwd altijd weer terug aan hun rechtmatige eigenaren. Doe niemand onrecht aan, opdat niemand jullie onrecht aan zal doen. Weet dat jullie je Heer zullen ontmoeten (op de Dag des Oordeels) en dat Hij jullie zeker zal ondervragen over jullie daden.”
〉〉 Riba is verboden
“Iedere vorm van woekerrente (riba) is verboden, maar jullie kapitaal mogen jullie houden. Wees er niet onredelijk mee. Allah heeft geoordeeld dat er geen woekerrente zal zijn en dat van alle woekerrente die verschuldigd is aan Abbas Ibn Abdulmuttalib (de oom van de profeet) afgezien zal worden. Elk recht dat nog voortkomt uit moord en bloedwraak uit de pre-islamitische periode opgeheven zal worden. En dat het eerste dergelijke recht dat ik zal opheffen de moord op Ibn Rabi’a bin Al Harith bin Abdulmuttalib betreft.”
〉〉 Pas op voor kleine zonden
“O mensen, de duivel heeft alle hoop verloren dat hij jullie op het verkeerde pad kan brengen door middel van de grote zonden. Maar als hij in iets anders dan dat gehoorzaamd wordt, dan is hij tevreden met de (kleine) daden die jullie verwaarlozen. Wees dus op je hoede voor hem en waak over de veiligheid van jullie geloof.”
〉〉 Geen schrikkeljaar
O mensen, het invoegen van een schrikkeljaar is slechts een toename van het ongeloof. Degenen die ongelovig zijn worden erdoor tot dwalen gebracht. Het ene jaar verklaren zij het toegestaan en het andere jaar verklaren zij het verboden, om het aantal kloppend te maken met wat Allah verboden heeft verklaard. (Koran 9:37)
De tijd begint weer zoals de dag dat Allah de hemelen en de aarde heeft geschapen:
Het aantal maanden bij Allah is twaalf maanden, volgens de beschikking van Allah op de dag dat Hij de hemelen en de aarde schiep. Daarvan zijn er vier heilig. (Koran 9:36)
Drie opeenvolgend en Rajab afzonderlijk, die zich tussen Jumada en Sha’ban bevindt.
〉〉 Rechten van man en vrouw
“O mannen, het is waar dat jullie bepaalde rechten hebben over jullie vrouwen, maar zij hebben ook rechten over jullie! Bedenk dat jullie hen als jullie vrouwen hebben genomen onder de hoede van Allah en met Zijn toestemming. Als zij zich houden aan hun plicht tegenover jullie, dan hebben zij het recht om te worden gevoed en gekleed, met vriendelijkheid. Behandel jullie vrouwen goed en wees aardig voor hen, want zij zijn jullie partners en trouwe supporters. En het is jullie recht dat zij geen vriendschap sluiten met iemand, die jullie niet goedkeuren en ook dat zij nooit onkuis zullen zijn.”
〉〉 Houd je aan de vijf zuilen
“O mensen! Luister naar mij in alle ernst: aanbid slechts en alleen Allah de Allerhoogste, bid vijf keer per dag, vast tijdens de maand Ramadan en betaal uit je bezittingen de zakaat. Verricht ook de Hadj, als jullie daartoe in staat zijn.”
〉〉 We zijn als mensheid één
“O mensen, jullie Heer is Eén, en jullie vader is één. De gehele mensheid stamt af van Adam die uit klei geschapen is. Een Arabier is niet beter dan een niet-Arabier en een niet-Arabier is op geen enkele manier beter dan een Arabier. Noch is een witte beter dan een zwarte, en een zwarte is niet beter dan een witte. Alleen wat betreft vroomheid en het doen van goede daden kan de ene moslim zich onderscheiden van de ander!”
“O mensen, luister naar mijn woorden en onthoud ze. Weet dat iedere moslim de broeder van een andere moslim is en dat moslims broeders zijn van elkaar. Het is dus niet toegestaan om van de bezittingen van je broeder te nemen, behalve als het hem vrijwillig gegeven is. Doe jullie zelf dus geen onrecht aan. En bedenk dat je op een dag Allah de Allerhoogste zult ontmoeten en je zult je moeten verantwoorden voor je daden. Dus pas op! Raak niet van het rechte pad af nadat ik weg ben.
Let dus goed op mijn woorden, beste mensen, die ik heb overgebracht. Ik laat jullie achter met dat waarmee jullie, als jullie je daaraan vasthouden, nooit zullen afdwalen. Een duidelijk gebod; het Boek van Allah (de Koran) en de soenna (uitspraken en handelingen) van Zijn Profeet. Als je deze beiden volgt, zul je nooit op het verkeerde pad terechtkomen.”
〉〉 De boodschap doorgeven
“Al degenen die naar mij luisteren moeten mijn boodschap doorgeven aan anderen en die weer aan anderen. Moge de laatsten mijn woorden beter begrijpen dan degenen die nu naar mij geluisterd hebben. Wees mijn getuige o Allah, dat ik Uw boodschap aan Uw mensen heb overgebracht.”
Deze toespraak werd op het verzoek van de Profeet zin voor zin herhaald door Safwans broer Rabiah die een krachtige stem had. Aan het eind van zijn toespraak vroeg de Profeet ﷺ:
“O mensen, heb ik mijn boodschap juist aan jullie overgedragen?”
Een krachtige “Allahoema na’m” – “O Allah, Ja!” – rolde als donder door de vallei. De Profeet ﷺ hief zijn wijsvinger op en zei:
“O Allah, wees mijn getuige dat ik Uw Boodschap aan Uw mensen heb overgedragen.”
Op dezelfde dag – voor of na de preek, daarover bestaat een meningsverschil tussen geleerden – ontving de Profeet ﷺ een openbaring van Allah, die hij had ontvangen en die de Koran completeerde.
“Heden hebben de ongelovigen aan uw godsdienst gewanhoopt, vreest heb dus niet en vreest mij (Allah). Heden heb ik voor u uw godsdienst volmaakt en mijn gunst jegens u voltooid en de islam voor u als godsdienst gekozen.” (Koran, 5:3)