Het is opvallend hoeveel Engelstalige sprekers – die we eigenlijk alleen maar kennen van hun lezingen op Youtube en Facebook – nu opeens kiezen om naar Nederland te komen en ons als moslims persoonlijk te ontmoeten en toe te spreken. Zo was ik zelf dit jaar aanwezig bij lezingen van Yasmin Mogahed en Yasir Qadhi.
Het fijne van hun lezingen, ook online, is dat de onderwerpen die ze aankaarten zo herkenbaar zijn. Beide sprekers richten zich op hoe we ons geloof kunnen beleven in een seculiere samenleving. Voor mij als bekeerling is dat denk ik wel iets anders dan voor een geboren moslim, omdat je als bekeerling vanuit een blanco positie start.
Leven in een seculiere omgeving
Ik wil jullie hieronder graag meenemen in de gedachten die Yasir Qadhi met ons deelde in zijn 3 uur durende lezing ‘Braving the Storm’. Het gaat me daarbij vooral om de erkenning die ik voelde en de denkoefeningen die hij aan ons meegaf.
Yasir Qadhi is duidelijk een spreker die verder wil gaan dan de individuele beleving van het geloof. Let wel, dat laatste is ook heel belangrijk, zeker in een tijd waarin velen van ons niet meer geïnspireerd raken in de moskee of intellectueel uitgedaagd via interactie met onze geleerden.
Qadhi is in mijn ogen vooral een praktische man, die je laat nadenken hoe je in het hier en nu vorm kunt geven aan de islamitische levenswijze, waartoe Allah ons oproept en de Profeet voor ons een rolmodel is. In zijn lezing hoorde ik veel zaken voorbij komen op het niveau dat ikzelf via gesprekken en ervaringen ook al had bereikt. En dan is het fijn om die argumenten op zo’n duidelijke manier nog eens op een rij te horen langskomen. En alhamdoelilah zette hij me op andere vlakken juist opnieuw aan het denken. Het voelde als een goed gesprek met mijn eigen bewustzijn. En dat kreeg ik ook terug van de moslima’s die om mij heen zaten.
Unieke positie in wereldgeschiedenis
Qadhi schetst de uitzonderlijke positie waarin we ons nu als moslims in de wereldgeschiedenis bevinden. Het is voor het eerst dat zo’n grote groep moslims leeft in een seculiere democratie, waarin het onderwerp God als een privézaak gezien wordt. Er zijn inmiddels zo’n honderd miljoen moslims die zo leven, in landen waar ons niet van overheidswege wordt voorgeschreven wat we moeten geloven. Het betekent dat wij zelf moeten bepalen wat het betekent om Nederlands en moslim te zijn.
Daar waar cultuur en religie altijd heel erg met elkaar verweven zijn geweest, is er nu een generatie volwassen aan het worden die deze combinatie niet meer als bindend ervaart. Het roept de vraag op wat nu precies de religie is die we willen behouden. Het besef dringt door dat het groepsdenken, dat in de moslimlanden van onze ouders altijd heel sterk was, niet altijd de juiste weg is.

In hoeverre is wat je als gelovige doet een bewuste keuze, gebaseerd op je geweten en bewustzijn?
Het vraagt enorm veel moed om onszelf op dit vlak te bevragen. Want naast de invloed van onze seculiere omgeving, zijn we zelf ook allemaal geboren én gevormd in een bepaalde lijn binnen de islam. En we voelen allemaal haarfijn aan dat die ‘subculturen’ niet dé islam zijn. Dus moeten we onszelf op de man of vrouw af vragen: Welke dingen doe je voor je geloof omdat je het zo gewend bent en het prettig voelt? In hoeverre is wat je als gelovige doet een bewuste keuze, gebaseerd op je geweten en bewustzijn? In hoeverre bevraag jij je eigen (voor)oordelen?
Bewustwording en balans
Qadhi benoemt dat de klassieke geleerden geen antwoorden hebben voor deze tijd. Hij wijst ons erop dat je bij de adviezen die je hoort, bewust moet zijn dat er verschillende zienswijzen zijn. Zo baseren de wetsscholen zich op de tradities van het verleden en ervaren die als bindend. Aan de andere kant van het spectrum zijn er moslims die de tradities respecteren maar toch vooral zeggen dat God ons niet voor niets verstand gegeven heeft en we ons daarin moeten blijven ontwikkelen. Qadhi is zelf voor het balans zoeken tussen de teksten van de geleerden en wat dat betekent in de context van vandaag. Hij noemt in dit verband de onlangs overleden geleerde Yusuf al-Qaradawi. Zijn belangrijkste uitgangspunt was dat de traditie niet goddelijk is en dat we de fiqh als dynamisch moeten beschouwen. En dat daarbij de nadruk moet liggen op de toepassing in het hier en nu.
Qadhi benoemt bijvoorbeeld het meedoen met de gangbare religieuze en publieke bijeenkomsten in het land waar je woont. Hij spiegelt ons voor dat het de haram-onderdelen van de bijeenkomsten en festiviteiten zijn die het haram maken en niet het meedoen aan de bijeenkomst zelf. Hij heeft natuurlijk gelijk als hij zegt dat je als weldenkende moslim heel duidelijk de grens weet tussen écht meedoen aan een religieuze bijeenkomst van anderen en het aanwezig zijn uit respect en beleefdheid.
Bekeerlingen
Ik stond zelf voor deze keuze tijdens de kerkdienst voor mijn gestorven zus. Als ik dan hoor dat andere bekeerlingen van hun man niet naar de begrafenissen mogen van hun dierbaren, vraag ik me altijd af waar die mannen de empathie verloren zijn in het interpreteren van hun geloof.
Qadhi noemt hierbij als voorbeeld een verhaal van een bekeerling uit de tijd van de Profeet ﷺ. Deze man woonde in het noorden van het Arabische schiereiland en kreeg te horen dat hij naar Mekka of Medina moest gaan om moslim te zijn. Maar de Profeet gaf hem juist het advies om te blijven wonen waar hij vandaan kwam, bij zijn eigen mensen, en zich juist moest kleden en eten zoals hij dat gewend was, met inachtneming van de islamitische regels natuurlijk.

Wees juist zichtbaar als moslim en handel vanuit de sterke ethiek die je hebt meegekregen van de Profeet ﷺ.
Dit maakt duidelijk dat imiteren iets relatiefs is en dat we het leven leven van de mensen om ons heen. Er is in feite ook niet zoiets als een wij en zij. We leven allemaal in dit ene land en er is veel meer dat ons bindt dan dat we het pertinent met elkaar oneens zijn. Qadhi herinnert ons aan het feit dat de Profeet ﷺ ons leert om in samenlevingen eerst de verbinding te zoeken. De islam leert ons om oprecht en ethisch te handelen en als zodanig zouden we voorop moeten lopen in het optreden tegen onrecht. We moeten niet zwaaien met de Koran om anderen te veroordelen, maar juist uit onze islam-bubbel komen om bij te dragen aan de samenleving als geheel. Wees juist zichtbaar als moslim en handel vanuit de sterke ethiek die je hebt meegekregen via het voorbeeld van de Profeet.
Vrouwen en mannen
Ter afsluiting geeft Qadhi ons zijn analyse over de man/vrouw verhoudingen in deze tijd. Hij laat zien hoe het feminisme als beweging steeds van onderwerp is veranderd en met de tijd heeft meebewogen. Zo ging het in de eerste golf over het mogen stemmen van vrouwen, ging het in de tweede golf over reproductieve rechten van vrouwen en gaat het in de derde (en volgens sommige zelfs al vierde) golf om gelijkheid op het gebied van werk en representatie.
Volgens Qadhi gaat het in de Koran – op het gebied van de man/vrouw verhouding – vooral om de gevaren van seksuele losbandigheid. Dat percentage is in de laatste eeuw gestegen van 10% naar 95%. Hij benadrukt dat intimiteit niet iets slechts is, maar juist een zegening als het de vorm heeft van een speciale – in de ogen van moslims heilige – band tussen man en vrouw. Losbandigheid normaliseren heeft tot gevolg dat het huwelijk niet meer wordt beleefd als de serieuze band zoals God die bedoeld heeft. Daar komt nog bij dat de rol van de man als qawwaam (beschermer van vrouwen) niet meer zo aanwezig is doordat vechten in een oorlog en kracht nodig hebben voor het werk, in veel gevallen nu door machines wordt gedaan.
We moeten onze ogen als moslims niet sluiten voor dit soort veranderende omstandigheden. We zijn het aan onszelf en onze (toekomstige) huwelijkspartners verplicht om met elkaar te onderhandelen over een goede balans in de huidige context. Denk bijvoorbeeld aan het feit dat je niet meer voldoende hebt aan één inkomen voor een gewoon huishouden.
Uitdagingen aanpakken
Qadhi roept ons op om je bewust te zijn van Allah in alles wat je doet. Het feit dat er ooit een moment komt dat je je voor Allah moet verantwoorden voor alles wat je in je leven op aarde hebt gedaan, is voor mij inderdaad een teken dat ik me er dus nooit te makkelijk vanaf moet maken. En dat als ik dat onbewust wel heb gedaan, ik Allah vraag om mij daar nog tijdens mijn leven op te wijzen, zodat ik berouw kan tonen en mijn gedrag kan verbeteren richting anderen. Ameen.