Misschien denk je dat de Koran een boek is uit de oudheid dat ons in deze tijd niets te zeggen heeft. Maar de Koran is geen geschiedenisboek. De boodschap van Allah is voor alle tijden, voor toen én voor nu! Allah spreekt tot ons in de Koran via de verhalen van de profeten. Zoals bijvoorbeeld over de zware tijden van Bani Israël – de nakomelingen van de profeet Yaqoeb, die ook wel Israël werd genoemd – in de tijd van profeet Moesa عليه السلام. Als we dit te vergelijken met het verhaal van de Palestijnen, kunnen we begrijpen dat er ook in deze tijd nog farao’s bestaan. We kunnen helaas niet zeggen dat we als mensheid inmiddels zo beschaafd zijn geworden dat het probleem van je superieur voelen niet meer speelt.
Nieuwe farao’s en oude strategiën
Nouman Ali Khan neemt ons mee in de Koran en hoe Allah ons uitlegt wat de strategieën van de farao waren in de tijd van de profeet Moesa عليه السلام. Strategieën die nog even succesvol blijken als destijds, gezien de etnische zuivering die nu gaande is in Palestina.
Ondanks dat er altijd farao’s zullen blijven komen die deze strategieën zullen gebruiken, is het goede nieuws dat zij uiteindelijk altijd zullen falen. Dat is de belofte van Allah waarop we mogen vertrouwen. Ook de huidige farao’s in Israël zullen falen. Ook al beschikken ze over de meest geavanceerde militaire technieken. Ook al worden ze door vele andere grootmachten in de wereld blindelings gefinancierd en gesteund. Ook al lijken ze overal mee weg te komen in hun hoogmoed.
Nouman Ali Khan: “Waar ik het over wil hebben is een deel van het verhaal van Moesa, dat op meerdere plekken in de Koran staat vermeld, maar dat een speciale afslag neemt in soera Ghafir. De wijze waarop Allah er daar over praat is uniek. Allah zegt:
En voorzeker, Wij hebben Moesa met Onze Tekenen en met een duidelijk bewijs gezonden. Naar Firaun en Haman en Qaroen en zij zeiden: “(Hij is) een tovenaar, een leugenaar.” Toen hij dan tot hen kwam met de Waarheid van Onze Zijde, zeiden zij: “Doodt de zonen van degenen die geloven met hem, maar laat hun dochters leven.” Maar, de list van de ongelovigen kan niet anders dan mislukken.” (Koran, 40:23-25)
Dit is een beeld van één van de vele farao’s van Egypte.
Strategie 1 – Egypte was dé grootmacht in die tijd
Firaun is een zeer machtige koning. Zijn rijk wordt beschouwd als één van de machtigste naties op aarde in die tijd. Geen enkele militaire macht durft het aan om Firaun uit te dagen. De Egyptenaren zijn bevriend met andere grootmachten in de wereld en de prinsen en prinsessen komen studeren bij de farao’s. Zij zijn dé grootmacht van die tijd, zowel op economisch, politiek, militair als sociaal vlak. Zij bouwen grote bouwwerken om indruk te maken op elke voorbijganger en reiziger, zodat die denken: Met deze mensen willen we geenszins ruzie zoeken. Zij zijn hun tijd ver vooruit. Wij zullen niets doen om ze boos te maken.
Firaun beschikt over een groot en mobiel leger dat op elk moment ingezet kan worden. En hij zet dat leger in tegen zijn eigen bevolking als hij dat nodig vindt. Ook gebruikt hij de verdeel-en-heerstechniek, waarbij hij een deel van de bevolking als slaven behandeld.
Waarlijk, Firaun verhief zichzelf in het land en verdeelde zijn mensen in groeperingen. Hij onderdrukte een groep onder hen, doodde hun hun zonen en hij liet hun vrouwen leven. Waarlijk, hij behoorde tot de verderfzaaiers. (Koran, 28:4)
Strategie 2 – Maak gebruik van spionnen en verraders
Allah stuurt Moesa en Haroen naar Firaun met tekenen en een duidelijk bewijs van de waarheid. Naast Firaun, de koning die de regering vertegenwoordigt, heeft Allah het ook over Haman, die de militaire tak vertegenwoordigt, en Qaroen, een van de Israëliers die in dienst van Firaun werkt. Hij wordt dik betaald om zijn eigen mensen in de gaten te houden. Zijn hele volk is tot slaaf gemaakt en arm, maar Qaroen is een miljonair. Hoe is dat mogelijk? Dat is omdat hij een spion is, omdat hij een verrader is van zijn eigen volk.”
Het volk van Israël was tot slaaf gemaakt door Firaun, één van de farao’s van Egypte.
Strategie 3 – Zet de propagandamachine aan het werk
“Ik herinner je eraan”, zo benadrukt Nouman Ali Khan nog eens, “dat dit rijk één van de welvarendste rijken ter wereld was. Niemand durfde kritiek te leveren. Ze konden doen wat ze wilden; ze hadden immuniteit.” En dan komt het interessante deel, want, zo zegt hij: “Als Firaun het had gewild, hadden ze Bani Israël (het volk van Israël) simpelweg kunnen doden en dan was het klaar geweest.
Maar dat is niet hun doel; ze willen Bani Israël zien lijden en ze willen van ze profiteren op verschillende manieren. Ze zijn een last voor Firaun, maar ze moeten in leven blijven. Want behalve dat ze ingezet worden als slaven, is het ook handig dat er een bepaald narratief over hen rondgaat. Het is een politieke strategie. Als het aan Firaun persoonlijk had gelegen, had hij korte metten met ze gemaakt, maar het is zijn strategie dat de wereld, de bezoekers bevooroordeeld naar Bani Israël kijken.
Wat is zijn strategie. Hij zegt:
“(Moesa is) een tovenaar, een leugenaar.” (Koran, 23:23)
Firaun roept dat Moesa een grote leugenaar is. Hij kan niet vertrouwd worden en de mensen die hem volgen, kunnen dus ook niet vertrouwd worden. Er is een heel mediatheater dat tot doel heeft dat de mensen geloven dat Firaun en zijn onderdanen de slachtoffers zijn en dat Bani Israël het werkelijke gevaar vormen. Dat was het verhaal dat Firaun aan zijn eigen regering vertelde, namelijk dat Mozes en zijn volk gevaarlijk waren en hen uit het land wilden verdrijven. Hij had dus een heel propagandamachine in werking gesteld om zijn regering en zijn eigen volk te overtuigen dat deze mensen een bedreiging vormden voor de stabiliteit in het land.
Ondanks alle macht is Firaun doodsbang
En wat doet Allah vervolgens? In soera Al Qasas zegt Allah dat ondanks dat Firaun zoveel macht had en Bani Israël opgesloten zaten in kampen, hij toch bang was. En dan zegt Allah dat Hij ze precies datgene zal geven waar ze al die tijd zo bang voor waren.
En Wij toonden Firaun en Haman en hun troepen onder hen dat waar zij bevreesd voor waren. (Koran, 28:6)
Het is fascinerend om te zien dat Firaun dus doodsbang is. Allah zegt in feite over Firaun: jij hebt de macht, zij zijn slaven! Jij hebt de wapens, zij worden vermoord! Zij zitten opgesloten in een kamp, in een openluchtgevangenis, terwijl jij in het grootste paleis leeft dat er bestaat op aarde! Jij hebt de beste beveiliging en je hebt controle over de media, maar jij bent bang? Jij kan er niet van slapen? Jij hebt last van nachtmerries? Dit is informatie van binnenuit, waarover alleen Allah ons kan inlichten.
Allah stuurt Moesa عليه السلام samen met zijn broer naar Firaun om met hem te praten.
En Moesa zei: “O Firaun, voorwaar, ik ben een Boodschapper van de Heer der Werelden. Het is mij verplicht dat ik niets anders over Allah zeg dan de Waarheid. Voorwaar ik ben tot u gekomen met een duidelijk Bewijs van mijn Heer. Laat de Kinderen van Israël dus met mij vertrekken.” (Koran, 7:104)
Strategie 4 – We doden hun kinderen
Het is één van de eerste bevelen die Moesa عليه السلام aan Firaun geeft: Laat deze mensen gaan! Ze zijn niet jouw slaven, het zijn de slaven van Allah! Je kunt ze niet in de kampen gevangen houden.” En toen dit helder was, wat was het antwoord van Firaun? Dood de kinderen van eenieder die gelooft wat deze man gelooft. We doden henzelf niet, maar we willen hun wil breken. Hoe? Door hun kinderen te doden. Zij zijn het doelwit. Het maakt deel uit van zijn militaire strategie om op die wijze de wil te breken van de Israëliërs.
Allah maakt duidelijk dat deze strategie niet voor de laatste keer gebruikt zal worden. Het plan van de farao’s en hun vrienden zal altijd falen zegt Allah:
“Maar, de list van de ongelovigen kan niet anders dan mislukken.” (Koran, 40:25)
Firaun kan het niet hebben. Het lukt hem niet om hun stemmen te smoren, om ze te onderdrukken. Ze zijn niet bereid om hun geloof te verlaten. Ze hebben nog steeds hoop. Firaun vindt het moeilijk te verkroppen: ‘Waarom hebben ze nog hoop? Ik heb hun kinderen vermoord! Waarom volgen ze Mozes nog steeds? Ik begrijp het niet!’
Strategie 5 – We doden hun leider
Daarom besluit Firaun: we moeten er hier en nu voorgoed een eind aan maken. Ik moet hun leiders, hun imams, hun geleerden vermoorden. En aangezien ze allemaal tegen Moesa opkijken, beginnen we met hem. Moesa was technisch gezien een staatsburger van Egypte en behoorde tot de bewoners van het paleis. Hij was geen slaaf, want hij was opgegroeid bij de koninklijke familie. Maar hij vormt zo’n grote bedreiging, dat hij toch gedood moest worden. Zijn invloed was zo groot, dat hem voorgoed het zwijgen opgelegd moest worden. Zodat de anderen zouden begrijpen: beter houd je je gedeisd, beter houd jij je mond.
En Firaun zei: “Laat mij Moesa doden en laat hem zijn Heer aanroepen: voorwaar, ik vrees dat hij jullie godsdienst zal veranderen of dat hij verderf op de aarde zal zaaien.” En Moesa zei: Voorwaar, ik zoek mijn toevlucht bij mijn Heer en bij jullie Heer tegen iedere hoogmoedige die niet gelooft in de Dag des Oordeels. (Koran, 26-27)
Ook in deze tijd zijn er farao’s en hun legers.
Strategie 6 – Hou een persconferentie
Vervolgens komt Firaun met een ‘persconferentie’, zoals farao’s dat doen. “Als we iemand als hem zijn gang laten gaan, brengt hij je mogelijk van je tradities af, dan zul je wellicht radicaliseren, en dan word je een extremist. Hij zal je overhalen om je aan te sluiten bij zijn barbaarse zaak. Als hij dat voor elkaar krijgt, zal hij verderf zaaien in het land. Iedereen kijkt naar ons op. We moeten de natie beschermen.”
“Onze natie is zo perfect, maar Moesa en zijn volgelingen zijn zo gevaarlijk dat ze in staat zijn om onze nationale identiteit te vernietigen. Als je van je land houdt, moet je deze mensen kapot maken! Vooral degenen die het hardst schreeuwen. Te beginnen met de stem die het luidst van allemaal is. Zo zullen we hun wil breken. Wat met hun kinderen niet gelukt is, moet lukken door hun leiders, hun geleerden, hun activisten en in de eerste plaats hun profeet te vermoorden. Dan hebben ze geen leiders meer en dan zullen ze zich gedragen als de slaven die ze zijn.”
Strategie 7 – Maak van de genocide een nationale zaak
Firaun maakte van de genocide een nationale zaak. Het is alsof Firaun zei dat Egypte het recht had om zich te verdedigen. We moeten onszelf verdedigen tegen Moesa en zijn volgelingen. We gaan er naar binnen en we maken er korte metten mee. Het heeft te lang geduurd.
Moesa عليه السلام spreekt daarover en zegt: je kunt het ontkennen, maar Hij is niet alleen Mijn Heer, maar ook jouw Heer:
“Voorwaar, ik zoek mijn toevlucht bij mijn Heer en bij jullie Heer tegen iedere hoogmoedige die niet gelooft in de Dag des Oordeels.” “Ik zoek mijn toevlucht bij Mijn Heer en jullie Heer tegen elke tiran die op de Dag des Oordeels verantwoording zal moeten afleggen. (Koran, 23:27)
Strategie 8 – Maak je eigen mensen bang om zich uit te spreken
Er waren mensen die behoorden tot de regering van Firaun en die er niet meer tegen konden. Er waren mensen in Egypte die zagen dat er een volk tot slaaf was gemaakt en die dat onrechtvaardig vonden. Ze waren wel bang, want als ze zich zouden uitspreken, dan zouden ze vast worden gearresteerd. Dan zouden ze misschien gedood worden en niemand zou weten hoe het gebeurd is.
Eén van hen die zijn geloof geheim hield en die niet zei wat hem op het hart lag, kon zich op een dag niet langer inhouden. Wat heeft hij gezegd en wat is de reden dat Allah dit deel laat uitmaken van de Koran, het laatste Woord aan de mensheid?
“Zullen jullie een man doden omdat hij zegt: ‘Mijn Heer is Allah,’ terwijl hij met de duidelijke bewijzen van jullie Heer tot jullie is gekomen? Als hij een leugenaar is, dan rust zijn leugen op hem; maar als hij waarachtig is, dan zal een deel (van de rampen) die hij jullie aanzegt, jullie treffen.” (Koran, 40:28)
Allah maakt ons duidelijk dat de strategieën van de machthebbers niet of nauwelijks veranderd zijn. Er bestaan nog steeds farao’s.
Strategie 9 – Jut je soldaten op
Als de profeet Moesa عليه السلام dan een openbaring van Allah krijgt, dat hij middenin de nacht moet vertrekken met zijn volk, komt Firaun erachter en spreekt hij zijn strijdkrachten toe:
‘Waarlijk! Dit is zeker niet anders dan een kleine groep. En waarlijk, zij hebben ons woedend gemaakt. En wij zijn een ten volle bewapende menigte.” (Koran, 26: 53-55)
Hij zegt: dit betreft een beklagenswaardige, machteloze, nutteloze groep mensen; ze stellen niets voor. Hij jut zijn soldaten op. We moeten af van deze insecten, van deze beesten. We moeten ze uitroeien. En we zullen er voor zorgen dat dit plan tot in de puntjes wordt uitgevoerd. Laten we er nu mee afrekenen, want als we deze mensen laten gaan, zal de natie nooit veilig zijn. Ze vormen een bedreiging en zijn verantwoordelijk voor corruptie en geweld. Als je van je land houdt, help mij dan om ze te doden.
De boodschap van Allah is van alle tijden
Het is voor ons van belang om er steeds bij stil te staan, dat Allah ook in deze tijd tot ons spreekt. Dat Hij duidelijk maakt dat de strategieën van de machthebbers niet of nauwelijks veranderd zijn. En helaas nog steeds werken. Want ook in deze tijd lijkt haast geen enkele regeringsleider het erg of bijzonder te vinden dat als er één Israeliër gedood wordt, het uit naam van zelfverdediging gerechtvaardigd is om duizend Palestijnen te doden.
Ook al zijn de verhoudingen compleet zoek, de meeste westerse regeringsleiders herhalen de boodschap van zelfverdediging en scharen zich onvoorwaardelijk achter Israël. Zij sturen hun wapens en laten zelfs geen hulp meer toe! De islamitische regeringsleiders roepen alleen maar op tot vrede en sturen wat hulpgoederen. Maar ondertussen houden ze verder hun armen over elkaar, bang als ze zijn om hun positie en vergaarde rijkdommen kwijt te raken. De massamedia doen net alsof alles begonnen is op 7 oktober 2023, terwijl Israël die de Palestijnen al vanaf 1948 op allerlei manieren geweld aandoet.
Laten we de belofte van Allah niet vergeten
Maar ook steeds meer mensen worden wakker, omdat ze de plannen van de machthebbers doorzien. Ook joodse mensen. Er zijn Israëlische soldaten die last krijgen van hun geweten en ‘de stilte doorbreken’ (Break the Silence). Er zijn joden die in Israël, in Amerika en elders in de wereld de straat opgaan en roepen: “Not in my name!” Tegen deze mensen zeg ik met heel mijn hart: “Bedankt!” Oprechte, eerlijke en integere mensen met het hart op de juiste plek zullen altijd blijven bestaan!
Er zijn protesten wereldwijd tegen de oorlogsmisdaden van (de farao’s van) Israël.
En laten we vooral de belofte van Allah niet vergeten. Deze buitensporigheid, deze genocide, zal niet zonder consequenties blijven voor de farao’s en hun legers. Allah zal het er niet bij laten. Eenieder krijgt wat hij verdient. Allah is met de gelovigen.
Allah is de Rechtvaardige
Net als het volk van Israël destijds gered werd, omdat ze trouw bleven aan hun geloof in één God, zullen de Palestijnen gered worden. Allah is met de Palestijnen! Hun lijden zal niet voor niets zijn geweest, want Allah is de Rechtvaardige!
Waarlijk, mijn Heer staat aan mijn kant, (en het is) Hij Die mij zal leiden (naar het Pad van de bevrijding).” Toen openbaarden Wij aan Moesa: “Sla met jouw stok tegen de zee.” En het (de zee) spleet en ieder afzonderlijk deel was als een grote berg. En Wij lieten de anderen daar dichtbij komen. En Wij redden Moesa en allen die bij hem waren. Vervolgens verdronken Wij de anderen. (Koran, 26:62-66)
De farao’s en hun legers, degenen die menen dat ze superieur zijn en al degenen die spotten over wat zij de Palestijnen hebben aangedaan, zij zullen hier niet mee weg komen. Zij zullen precies dat terug krijgen waar ze al die bang voor waren. Wij wachten af.
Zonder donaties kan Qantara niet blijven bestaan. Steun je ons met een maandelijkse of eenmalige donatie?
Dat Allah je moge belonen!
